De jonge agent is altijd nieuwsgierig geweest naar de wilde kant van het leven, maar haar strenge opvoeding heeft haar ervan weerhouden haar verlangens te verkennen. Op een noodlottige dag bevindt ze zich in een afgelegen kamer met een verdachte die niet zo onschuldig is als hij lijkt. De aanblik van zijn gespierde lichaam en intense blik ontbrandt een vonk in haar, en ze kan het niet laten toe te geven aan haar oerdrang. Terwijl ze haar uniform afwerpt, haar kleine, parmantige tieten onthult, realiseert ze zich dat ze niet de enige is die graag op verkenning wil gaan. Een andere officier voegt zich bij, wat bijdraagt aan de opwinding. De kamer vult zich met gekreun en het geluid van bewegende lichamen in een perfect ritme. Het zicht van hun tengere, strakke lichamen, hun in elkaar glinsterende lichamen, het glinsteren van hun huid, het intense genot dat door hun stem klinkt, galmt hun diepste verlangen naar hun diepste verkenning. De hallen blazen hun diepste begeilheid, hun diepste wens om hun verkenningen te remmen.