De adrenalinekick van het grote buitenleven ontsteekt een vurige hunkering in deze exhibitionistische liefhebbers. Vol moed pronkend met hun mannelijkheid durven ze alles te ontbloten, hun mannelijk staan ze trots en ongehinderd. De sensatie van het blootstaan in de natuur, de koele bries tegen hun huid, de oerverbinding met het wild, dragen allemaal bij aan de intense opwinding die zich in hen opbouwt. Eén bezwijkt voor het genot, zijn hoogtepunt stuurt zijn essentie spetterend op de bank, een bewijs van de rauwe, oerwilheid van hun verlangens. Het zicht is een betoverend spectletje, een viering van rauwheid, ongefilterde maudiniteit in zijn pure mauditeit. De pure tentoonstellingskunstenaars in een pure vorm van seksuele stimulatie; hun betovering, hun betoverende mannelijkheid, hun overvloedigheid en hun overvloedige mannelijkheid laten zien door deze expotentieuses. Het uitzicht is betoverend, ze pronkelend en trots op deze exposities.